EEN TOOL OM VOEDINGSMIDDELEN GEZONDER EN DUURZAMER TE MAKEN.

We worden steeds bewuster van het feit dat eten gezond en duurzaam moet zijn, willen we goed voor onszelf en onze planeet zorgen. Maar zo gemakkelijk is dat nog niet. Daar wil voedingswetenschapper Jan de Vries verandering in brengen. Samen met zijn collega’s van de Nutrition Consultants Cooperative (NCC) lanceert hij een tool waarmee bedrijven in de voedingsmiddelenindustrie inzicht krijgen in hoe gezond en duurzaam hun producten zijn en hoe ze dit kunnen verbeteren.

Bewustwording van gezondheid en duurzaamheid

Voor veel mensen gaan gezondheid en duurzaamheid hand in hand. Helaas is dat voor veel voedselproductiebedrijven nog niet zo. “De consument wordt bewuster, maar bedrijven nog niet,” vertelt Jan. “Mensen moeten immers toch eten, dus de bedrijven blijven hun producten wel verkopen. En hoewel de consument bewuster wordt, zijn er ook nog veel mensen die niet nadenken over of een product gezond of duurzaam is, omdat zij in een bepaalde routine zitten. Als we echte verandering teweeg willen brengen, moet het initiatief wel vanuit de bedrijven en de overheid komen. Daar willen wij met onze tool aan bijdragen.”

Productportfolio’s doornemen en optimaliseren

Met de tool die de NCC samen met CE Delft ontwikkelt, willen Jan en zijn collega’s bij bedrijven productenportfolio’s doorlichten op gezondheid en duurzaamheid. “Op basis daarvan adviseren we over welke stappen kunnen worden gezet om een product gezonder en tegelijkertijd duurzamer te maken. De producent bepaalt of ze eerst stappen willen zetten richting gezondheid, of juist richting duurzaamheid. Stel, een producent prijst zijn producten aan als gezond. Maar hoe duurzaam is dat product dan? Het kan heel goed zijn dat een betere nutriscore leidt tot een slechtere ecoscore. Daarom kijken we naar gebruikte ingrediënten. Zit er bijvoorbeeld palmolie in? Dat is niet gezond door de grote hoeveelheid verzadigd vet. Duurzaam is het ook niet door de ontbossing en landroof voor de plantages. Samen kijken we dan of de palmolie in het product te vervangen is door bijvoorbeeld olijf-, zonnebloem- of raapzaadolie.” Het lijkt een kleine stap om één ingrediënt te vervangen, maar door dit proces bij veel producten te doorlopen aan de hand van de tool, gelooft de NCC dat er een grote impact gemaakt kan worden. “We willen bereiken dat bedrijven over deze vraagstukken integraal na gaan denken.”

Discussie faciliteren

En niet alleen bedrijven worden aan het denken gezet. Naast het ontwikkelen en uitrollen van de tool, wil de NCC namelijk ook het gesprek op gang brengen over gezondheid en duurzaamheid. “We willen de discussie faciliteren bij bedrijven en overheden over gezonder en duurzamer geproduceerd voedsel, om zo het beleid eenduidig te maken. Als we echt stappen willen zetten met de tool, dan is die discussie ook nodig. Bij veel bedrijven zijn gezondheid en duurzaamheid nog twee aparte entiteiten die niet met elkaar in verbinding staan. En door allerlei wet- en regelgeving hebben grote bedrijven flink gesneden in het aantal voedingswetenschappers. De voedingsmiddelenindustrie bezuinigt op wetenschappelijke kennis over gezond en duurzaam voedsel. Desondanks wordt er veel over gezonde voeding met een snuifje duurzaamheid gecommuniceerd. Het lijkt meer en meer om de winst te gaan, niet om het leveren van een bijdrage aan de maatschappij. Wij willen dat anders doen met onze tool.”

Behulpzame methode

De ontwikkeling van de tool loopt gestaag. “De bouw vordert, maar het dak zit er nog niet op,” zegt Jan. “De methode die we tijdens Innovate GO hebben gebruikt, helpt ons daarbij. De structuur, het stellen van doelen en daarop reflecteren werkt erg goed voor ons. Nu we klaar zijn met het programma vraagt het wel discipline om het vol te houden. Vreemde ogen dwingen wel degelijk, en daarom werkt Innovate GO. Gelukkig hebben we er nu nog steeds veel aan op onze missie naar een gezondere en duurzamere voedingsmiddelenindustrie.”