NEXT ICON: ONETHIRD

Eén derde van ons voedsel wordt verspild, waarvan 40% verse producten. Met zoveel mensen ter wereld die niet genoeg te eten hebben, zijn die cijfers onacceptabel, vond Marco Snikkers. Daarom startte hij OneThird, een bedrijf dat aan de hand van fotonica en machine learning de houdbaarheid van versproducten nauwkeurig kan bepalen. Marco vertelt hoe zijn innovatie werkt en welke impact OneThird maakt - nu en in de toekomst.

Dit verhaal komt uit het Next Icons Magazine. Het hele magazine kun je hier lezen.

OneThird - die naam is niet toevallig gekozen, of wel?

Marco: “Nee, klopt. Die naam helpt ons herinneren aan onze missie om voedselverspilling te voorkomen. Op dit moment wordt een derde van ons voedsel namelijk weggegooid. Stel je voor dat je een gebied ter grootte van China gebruikt als landbouwgrond, daar gewassen op teelt en oogst, en dat vervolgens in de prullenbak kiepert. Dat is in feite wat er nu gebeurt. Vooral wanneer je het hebt over groente en fruit is de houdbaarheid een race tegen de klok. Maar wat als je de houdbaarheid op elk moment in de keten zou weten? Dan zou je betere beslissingen kunnen nemen, zoals een bakje pruimen laten verwerken tot jam in plaats van ze weg te gooien als het ernaar uitziet dat ze snel zullen bederven. Zo willen we ervoor zorgen dat minder voedsel verloren gaat, met als uiteindelijk doel dat onze bedrijfsnaam nergens meer op slaat, haha!”

Jullie verlengen dus niet de houdbaarheid van vers voedsel, maar jullie brengen het eerder in kaart. Hoe werkt dat dan?

Marco: “We hebben een optische scanner ontwikkeld die met fotonica het product kan scannen. Wanneer je er bijvoorbeeld een aardbei oplegt, dan meet het apparaatje de moleculaire structuur zoals hoeveelheid water en suikers. Die samenstelling verandert namelijk naarmate de tijd verstrijkt. Aan de hand van een uitgebreide database en algoritmes kunnen we dan in realtime inschatten hoe lang de aardbei nog houdbaar is. Vervolgens kunnen we passend advies geven over wat er met die batch moet gebeuren: door naar de supermarkt, of toch op een andere manier verwerken. Deze methode is een groot verschil ten opzichte van de huidige situatie. Nu schat de keurmeester de houdbaarheid in door het product door te snijden en te bekijken. Dan kan het nog weleens voorkomen dat er twee bakjes zijn die er vers uitzien, maar dat de ene nog acht dagen houdbaar is, en de andere na drie dagen schimmel heeft. Met onze tool kunnen we dat vooraf signaleren en voorkomen dat die schimmelbak naar de winkel gaat. Daarmee maken we het werk van de keurmeester dus makkelijker en besparen we een hoop tijd. En dat is geen overbodige luxe wanneer je het over houdbaarheid hebt.” 

Flinke tijdsbesparing, minder voedselverspilling… Dat is al een aardige impact. Hoe ver gaat de impact die jullie maken?

Marco: “Je kunt het zien als een soort kettingreactie. Een kwart van het water wordt gebruikt op voedsel wat niet gegeten wordt. Minder voedselverspilling betekent dus ook waterbesparing. Daarnaast zorg je voor minder uitstoot door de hele keten wanneer je voedselverspilling aanpakt. Dat is dus goed voor de wereld, maar het is ook goed voor de mensen. Want wanneer we minder voedsel verspillen, kan groente en fruit goedkoper worden. Dat economische voordeel kan dan teruggaan naar de boeren, en voor de consument wordt het aantrekkelijker om gezonde keuzes te maken. Dat heeft weer positieve gevolgen voor de volksgezondheid, wat vervolgens de druk op de gezondheidszorg laat afnemen. Op meerdere manieren zie je dus de positieve gevolgen.”

En dat allemaal door een klein, vernuftig apparaatje. Hadden we dat niet veel eerder uit kunnen vinden?

Marco: “Dat zou natuurlijk mooi zijn geweest, maar het is nu ontstaan omdat de technologie nu beschikbaar is. Ik zit al 30 jaar in de wereld van fotonica en nu is de tijd rijp voor dit soort innovaties. Ook omdat het bewustzijn er nu is dat we goed voor de aarde moeten zorgen. Met technologie problemen oplossen die impact hebben op ons en de aarde, dat is voor mij innovatie. En vervolgens die technologie steeds blijven verbeteren. Zo kijken wij ook steeds wat er beschikbaar is. Nieuwe camera’s, sensoren… Altijd met de vraag of die technologie ons kan helpen in onze missie. 

Het mooie is dat wij niet de fundamentele technologie zelf ontwikkelen, maar we hebben het wel nodig. Wij zijn als het ware de brug tussen de technologie en de markt. Daarvoor moet je goed snappen hoe de technologie werkt. Het is dus cruciaal dat ons team technisch onderlegd is, en tegelijkertijd oog heeft voor de klant. Ik ben dan ook supertrots op het team dat we nu hebben - en nog steeds uitbouwen. Je kunt nog zo’n goed idee hebben, maar het team maakt het bedrijf. Samen werken we richting onze missie om voedselverspilling tegen te gaan.”